Af en toe maken we iets mee waar we achteraf pas het ware verhaal van horen. De gebeurtenissen volgen zich op een dergelijk moment zo snel op, dat we onze eigen versie van de werkelijkheid creëren om alles te blijven begrijpen. Als de onduidelijkheid blijft, neemt ons brein het verzonnen verhaal over als waargebeurd. Dan is de werkelijkheid een sprookje geworden.
Zaterdag was zo’n dag. Mijn vriendin en ik beleefden ons éénjarig verkeringsjubileum. Dat wilde ik niet ongezien voorbij laten gaan, dus ik boekte een dagje Disneyland. Ja, zo’n reis waarbij je langer in de bus dan in het park bent. Maar als je vervolgens om 10:00 voor de poorten van een droomwereld staat, vergoedt dat alle hobbelige uurtjes in het vervoersmiddel dat normaal voor schoolreisjes wordt gebruikt.
Ik heb nog nooit zoiets perfects en sprookjesachtig als Disneyland gezien. Zélfs de (bijna) beste hogeschool van Nederland verbleekt bij dit pretpark. Het park kent geen enkel verdwaald snoeppapiertje, heeft een mierzoete tekenfilmkleur en brengt alle Disneyfigureren tot een nagenoeg geloofwaardig leven. Amerikaanser dan Amerika zelf. Het gekke is: ik vond het prachtig. Als een dolgelukkig prinsje – die in zijn jeugdjaren alle Disneyfilms na tien keer nog niet zat was – dartelde ik met mijn prinsesje door de wonderlijke wereld van volmaaktheid.
Het is 21:00, onze droomdag zit erop. Tijd voor de terugreis. Mijn vriendin en ik komen aan bij het vehikel dat ons ook hier heeft gebracht. De bestuurder van de heenreis zal ons alleen nooit huiswaarts brengen, hij ligt namelijk dood in de witte tent ernaast. In alle verwarring worden we allemaal in een café van Disneyland gepropt. Hoe ironisch: daar waar sprookjes heersen, leeft nu ook de dood.
Aangezien niemand ons de oorzaak van het overlijden kan vertellen, maken veertig hoofden hun eigen hersenspinsels. ‘De dood van de Disneylandchauffeur’ is de titel van het nieuwe sprookje. Over de invulling wordt nog druk gediscussieerd. Van een gewapende overval tot zelfmoord en van gaslek tot aanrijding. Zelfs de bijrijder krijgt een rol als moordenaar, want:‘Zo snugger leek die niet’. Ondertussen is er nog steeds niets bekend, dus ratelen de hersenmechanismen rustig door.
Als we uiteindelijk om 01:00 door een andere chauffeur worden teruggebracht naar Nederland, horen we het echte verhaal. De man had een hartstilstand en de bijrijder is in shock. Je hoort duidelijk een zucht van teleurstelling in de bus, iedereen vond zijn eigen sprookje beter. Uit die teleurstelling ontstaat geen medeleven voor de overleden chauffeur, maar klachten over de lange terugweg. Men is weg uit Disney’s droomwereld en weer terug op aarde. De dood is een sprookje.