Ik heb verloren van de TechMens

door Bas Derks

Natuurlijk heb ik er ook één. Zo’n zelf samengestelde wereld op handformaat. Wie niet? Mugikor Karga uit Peru hoorde ik zaterdagavond, maar daar schijnt al een fonds voor te zijn opgericht. Krijgt binnenkort een vijfdehands Nokia uit Zimbabwe. Verder is iedereen voorzien van het apparaatje dat we maar al te graag tonen. We zijn er continu mee in de weer: trein, kantoor, thuis, verjaardag. Het mobieltje kent een constante factor van aanwezigheid. Zelfs ik was vroeger nog minder op msn te vinden dan nu op whatsapp. Ben onderdeel van het touchscreencircus.

Pas zag ik een documentaire van Tegenlicht, TechMens genaamd. In deze aflevering stellen ze de vraag of de mens meer en meer een machine wordt. Nieuwe technologie geeft de mogelijkheid om ons leven in elk detail vast te leggen, waardoor het virtuele en reële door elkaar heen gaan lopen. De documentaire geeft dat op een genadeloze wijze weer. Op de eerste beelden zijn allemaal mensen op straat te zien, diep verzonken in hun apparaat. Een stem vraagt zich af waar die mensen op dat moment zijn. Op straat of in een gebied tussen realiteit en virtualiteit?

Ik vraag het mij zelf ook wel eens af als ik al die gebogen koppies in de coupé zie. Of als de zoveelste onoplettende voetganger tegen mijn schouder aanloopt en vervolgens met moeite een spijtbetuiging laat vallen, terwijl zijn vingers wel hele verhalen op het beeldscherm kunnen creëren. Zoals ik al zei, ik verschil niet veel van het gemiddelde. Staar per dag ook meer minuten naar een beeldscherm dan dat mijn ogen zich richten op het natuurlijke schoon van de ‘echte’ wereld. Dat moet anders.

Zoals altijd probeert deze idealistische knul meteen radicaal te veranderen. Een aanpassing aan mezelf en de wereld doen. Deze keer kwam het dus door TechMens. Ik was zo geschrokken van het heden en wat ons nog te wachten staat, dat ik in de trein even geen mobieltje wilde aanraken. Terwijl ik in de voorbijschietende bomen een patroon probeer te ontdekken, zie ik in mijn ooghoeken dat het leeuwendeel van de reizigers inderdaad zijn of haar mobiel krampachtig als beste vriend omarmt.

De man tegenover mij gaat er zelfs zo in op, dat hij niet doorheeft hoe een druppel vocht met gestage snelheid zijn neus verlaat. Voordat ik hem kan waarschuwen, landt de vochtbel met een zachte tik op zijn mobiel. Vloekend veegt hij de druppel uit over het beeldscherm. Schoon is het resultaat niet te noemen, dus besluit hij uiteindelijk zijn mobiel maar op te bergen. Net voordat het apparaatje met een bloedchagrijnige zucht in zijn zak verdwijnt, zie ik dat mijn broekzak exact hetzelfde model bezit. In een flits bedenk ik een actie om dit TechMens op zijn digitale aanhankelijkheid te wijzen. Het zal hem leren.

Hilversum Sportpark is mijn eindbestemming, gelukkig blijft de man zitten. Zonder een teken van haast stap ik uit de sprinter. Vervolgens wacht ik buiten de deuren tot de conducteur op zijn fluitje blaast, loop naar het raam waarachter de bewuste man met de loopneus schuilgaat en klop hard. Mijn andere hand zwaait ondertussen met een mobieltje heen en weer. De man schrikt op, ziet hoe ik met een grijns exact hetzelfde model van zijn besnotterde apparaat vasthoud en trekt wit weg.

Ondertussen begint de trein te rijden. Ik zie nog net hoe de man opspringt en in paniek zijn zakken uitpluist. Hij zal binnen een paar tellen erachter komen dat zijn mobiel niet echt gestolen is, maar hopelijk zorgt het voor een bepaalde bewustwording. Ik loop in ieder geval vol voldoening richting stageplek.

Vijf uur later gaat mijn telefoon over. Het is de man van de trein. Of hij mij vanavond kan spreken over mijn actie. Hij woont vlakbij het Media Park. Stomverbaasd dat de man mijn nummer net heeft ingetoetst en nu zijn stem op mijn oren kapot laat slaan, antwoord ik dat vanavond prima is. Kan ik hem mooi bewust maken van zijn virtuele verslaving, fluistert de idealist in mij onmiddellijk. Derhalve zet ik mijn reis die avond voort richting station Media Park.

Daar aangekomen vertelt de man dat hij mijn actie totaal niet kon waarderen. Er staan belangrijke documenten op zijn telefoon en diefstal zou een nationale ramp zijn. Ik knik ja en amen, allang blij dat hij geen strafblad aan m’n kont wil smeren. Net voordat ik zijn huis verlaat, waag ik het te vragen hoe die achter mij en mijn nummer is gekomen. Blijkt dat iemand een foto van mij heeft gemaakt en de man vervolgens via zijn Facebooknetwerk achter mijn identiteit is gekomen.

Sprakeloos loop ik weg. Mijn actie bewerkstelligt het omgekeerde: zijn geloof in de virtuele wereld is alleen maar bevestigd. De realiteit verliest het van de virtualiteit. Mugikor Karga uit Peru en mijn werkelijke ik zijn voorbijgestreefd door de TechMensen van deze wereld.

Ik pak mijn mobiel. Geen idee waar ik heen moet.

Vind jij ook leuk

1 Reageer

Gelukkig gaan we allemaal dood april 19, 2015 - 6:18 pm

[…] in op haar laptop. Plots bedenk ik wat ik hiermee kan doen. Als vervolg op het debacle van mijn we-hebben-dezelfde-telefoon-maar-ik-doe-net-of-ik-die-van-jou-heb. Nonchalant grijp ik naar mijn telefoon. Log in op Facebook. En zoek naar ‘Kristy de Bruijn’. […]

Reply

Laat een comment achter

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Deze website gebruikt koeken. Is dat goed? Ja hoor Meer lezen

Privacy & Cookies Policy